Oordeelloosheid
Oordeelloosheid en waarnemen. Twee begrippen die we ons meer en meer eigen kunnen maken door de intentie neer te zetten en te onderzoeken in hoeverre we in staat zijn waar te nemen zonder te oordelen.
Het is niet eenvoudig om in een wereld waarin we voortdurend gevraagd worden een mening over te geven, ons gedacht te zeggen. We hebben des te minder geleerd om te kijken met de ogen van een waarnemer.
Er gebeurt iets en zonder de context te kennen, te weten wat er werkelijk is gebeurd, vertellen we wat we denken gezien te hebben, wat we denken te weten en nemen datgene wat we denken gezien te hebben en te weten dé waarheid is.
Onze zintuigen kunnen we opnieuw gaan gebruiken om helder te zien, helder waar te nemen, helder te horen, helder te voelen. Maar zijn wij hiertoe werkelijk in staat? Hoeveel lagen zitten in onszelf waardoor we niet echt helder kunnen waarnemen? Dat is wat we ook voortdurend mogen onderzoeken voor we kunnen spreken over helder waarnemen. Voor zoverre dit echt mogelijk is.
Waarmee we in ieder geval kunnen mee beginnen is oefenen in het waarnemen van een voorwerp en het voorwerp beschrijven: wat we zien. Meestal omschrijven we iets en voegen we er onmiddellijk een oordeel aan toe. Mooi, scherp, aantrekkelijk enzovoort. Het is dus een zeer droge oefening, maar het draagt wel bij tot het leren kijken zonder oordeel.
Omdat we ons vaak laten meeslepen vanuit onze eigen ervaringen en de neiging hebben ons te willen aansluiten bij gelijkgestemden, verliezen we dus ook zeer gemakkelijk het contact met onze eigen waarnemingen. We filteren, kleuren en veranderen als een kameleon en draaien dan zowat met alle winden mee.
Over alles horen we iets te vinden, er wordt zeer zelden de vraag gesteld wat er gevoeld wordt. Het vinden ontstaat vanuit het denken, het linkerbrein,, het voelen en ervaren ontstaat vanuit het hart en het hart heeft een zeer groot bewustzijn.
Voor degenen die de kunst van het waarnemen en getuige zijn beoefenen ervaren meer rust en ingetogenheid, meer emotionele gelijkmatigheid, meer verbinding met het hart en minder afleiding van eigen zielsplan.
Is er nog de vraag der zinvolheid van eindeloze mentale discussies die leiden naar oordelen en vooroordelen van alles en iedereen die zich niet aansluiten of er zich niet mee comformeren.
We zullen het niet echt helemaal kunnen voorkomen om een oordeel te hebben over, of vanuit onze perceptie te vertellen wat we denken te hebben gezien: hoe bewuster we worden, hoe minder behoefte om te oordelen of overal een zegje te willen hebben en hoe rustiger het in ons hoofd wordt, hoe meer van die lagen we in onszelf kunnen ontdekken en meer vanuit ons hart zullen leven.